Primus Wafer Paper bestaat sinds 1916 en is ontstaan aan de oevers van de Zaan in Zaandam. Ze maken al ruim 106 jaar ouwelachtige producten, oftewel eetpapier. Naast directeur bij Primus, is Wouter Smits ook voorzitter van de Vereniging Bedrijvenpark Ambacht.
Het product: natuurlijk en biologisch afbreekbaar
Zoals het eetpapier nu gemaakt wordt door Primus, ziet Wouter zichzelf als voorloper op het gebied van duurzaamheid. Dit vanwege een aantal aspecten:
Het eetpapier wordt gemaakt van natuurlijke ingrediënten, zoals aardappelzetmeel, plantaardige olie en water. Het product wordt gebruikt voor cakedecoratie, verpakkingen, broodzegels, maar ook in voedingsmiddelen zoals kokosmakronen en fruitreepjes. De grondstoffen komen veelal uit Nederland en olie komt uit Frankrijk of Spanje. Ongeveer 10 procent van de nu gebruikte natuurlijke grondstoffen is biologisch.
Ook worden er biologisch afbreekbare bakjes, verpakkingen voor koeken, muffinvormpjes en patatzakken gemaakt. ‘Ons product wordt door een Hollandse regenbui afgebroken. Stelt u voor: u bent op een festival en er liggen allemaal patatzakken. Zodra het regent zijn de patatzakken opgelost. Vervolgens is de boer ook blij, want zetmeel verrijkt de grond, er groeit weer gras en er is geen afval. Dat noem ik echt biologisch afbreekbaar’.
Tot twee jaar geleden zat er ook veel ammoniak in het eetpapier. Voorheen was het immers onmogelijk om eetpapier te maken zonder ammoniak als hulpstof. Toen Wouter aangesteld werd als directeur, was zijn eerste opdracht om die ammoniak uit het productieproces te halen. Nu dat gelukt is, is het product volledig natuurlijk en daarmee vrij van chemicaliën.
Wat er wel overblijft, zijn snijresten van het product. Deze werden voorheen verbrand als bio-energie om gas mee op te wekken. Nu wordt het verwerkt in dierenvoeding en zijn de resten circulair.
Inhaalrace voor energiebesparing
Qua energiebesparing is Primus bezig met een broodnodige inhaalrace. ‘Ik denk dat we ons nooit zo bewust zijn geweest van het feit dat duurzaamheid zo belangrijk is voor ons.’ Er wordt door Primus op jaarbasis ongeveer één miljoen kuub gas gebruikt. Dit staat gelijk aan 500 huishoudens. Om die reden vindt Wouter dat er een grote verantwoordelijkheid is voor de industrie om energie te besparen, omdat daar grote winst te behalen is.
Tot eind vorig jaar draaide de fabriek vijf dagen en stond daarna twee dagen stil. Gevolg was dat de fabriek op maandagochtend zo koud was dat de ketels overuren moesten draaien en extra veel gas verbruikten. Tegenwoordig draait de fabriek 24/7 en heeft Primus daardoor geen start-stop verliezen meer.
Om verder energie te besparen in het pand, is er vooral ingezet op de reductie van het elektriciteits- en gasverbruik. Zo is alle verlichting aangepast naar LED en is er geïsoleerd, zodat de warmte in de koude maanden binnen blijft.
Ook de luchtvochtigheid is aangepakt. Doordat het binnen te droog was, droogde het eetpapier sneller uit en dat leidde tot ongewenste energie-intensieve proces-stappen. Met de bevochtigingsinstallaties die vorig jaar zijn gemonteerd, is dat probleem opgelost en is er daardoor ook veel minder afvalproduct.
Het productieproces telkens opnieuw bekijken
Wouter probeert op een andere manier te kijken naar het productieproces. ’Gewoon teruggaan naar de tekentafel om te kijken wat we kunnen oplossen, wat we kunnen voorkomen en op welke manier we dat milieuvriendelijker kunnen doen’.
Primus zet ook in op educatie van het personeel. Zo heeft het bedrijf een eigen opleidingsprogramma waar medewerkers leren over het product en het proces. Daarnaast kunnen werknemers meedenken in oplossingen. ‘Probleemoplossend denken is ook duurzaamheid, en daarnaast: het werkt ook niet als alleen ik erachter sta. Het werkt pas als het hele bedrijf die verandering wil maken en als iedereen meedoet.’
Duurzame energie opwek en verwarming voor het productieproces
Over duurzame opwek van energie is ook nagedacht. Het pand is geschikt voor 1.150 zonnepanelen, maar daarvoor zou het gehele dak verstevigd moeten worden. Ook zou de opwek van die panelen maar voorzien in 1 à 2 procent van de energie die nodig is. Een windmolen daarentegen zou voorzien in circa 30 procent. Daarom wil Wouter het liefst een windmolen.
Aan de hand van een studie is er gekeken welke manier van duurzame verwarming van het pand het meest geschikt zou zijn voor Primus. Een elektrische boiler zou een goede oplossing kunnen zijn, maar door onvoldoende capaciteit op het net is dat nu niet mogelijk. ‘Je hoort vaak dat de target om van het gas af te gaan in 2030 is, maar wij willen in 2025 eigenlijk alles al wel geregeld hebben. Het is nu alleen gewoon praktisch en financieel nog niet haalbaar’.
Toegepaste subsidies voor de verduurzaming
Als er in de toekomst gevraagd wordt naar de CO2-footprint van het bedrijf, wil Wouter kunnen zeggen dat die goed is en daar moet het productieproces ook bij passen. Daarom maakt hij gebruik van subsidies zoals de wbso-subsidie (wet bevordering, speur en ontwikkelingswerk). Die fiscale regeling is nodig geweest om de stappen te kunnen maken zoals ammoniak uit het proces halen en het veranderen van de toepassingen voor de snijrestanten.
Het droogwalsen van het product is een processtap waar veel gas voor nodig is. Om dat te verduurzamen is een flinke investering nodig waarvoor de ‘veki-subsidie’ (versnelde klimaat investering) is aangevraagd.
Redenen om te verduurzamen en uitdagingen
Volgens Wouter zijn er meerdere redenen om te verduurzamen: allereerst kan het comfort en financieel voordeel opleveren. Het personeel in de fabriek werkt niet meer in een ammoniakgeur.
Door het pand te isoleren is het in de zomer een stuk koeler, en in de winter wordt er veel gas (en dus kosten) bespaard. Hiernaast, en dat is zijn belangrijkste beweegreden om te verduurzamen: het bijdragen aan de wereld om ons heen. ‘Ik kan helpen om Primus van het gas af te krijgen. Hoe gaaf zou dat zijn om dat te doen?!’
Met de steeds hogere kosten voor materialen en personeel is het wel een grotere uitdaging om te verduurzamen. ‘Maar zolang u de drive hebt om alles anders te gaan doen en om het continu anders te willen doen, komt u er doorheen’. Wouter wil altijd vooruit kijken en de juiste keuzes maken.
Regionaal duurzame energie op te wekken/ te slaan
Wouter ziet eventueel wel een kans om gezamenlijk met andere ondernemers in de regio windenergie op te wekken. Waar de windmolen kan staan, moet nog worden bekeken. Hier moeten goede gesprekken over gevoerd worden en het elektriciteitsnet moet worden aangepast. Dan kunnen ondernemers gezamenlijk, groter en slimmer energie opwekken. Van het gas af gaan, wordt zo makkelijker.
Tips voor andere ondernemers
Wouter geeft een aantal tips mee voor andere ondernemers die willen verduurzamen.
- Elke euro die u investeert in duurzaamheid moet daar daadwerkelijk aan uitgegeven worden. Kijk naar uw CO2 footprint en kijk hoe die footprint slinkt bij elke euro die je investeert.
- Kijk eerst binnen uw organisatie voor het oplossen van vraagstukken voordat u naar buiten kijkt. Organiseer een ‘ronde tafel gesprek’ met collega’s en vraag hoe er verduurzaamd kan worden en wat dat betekent voor iedereen. ‘Voor de één betekent het financieel gewin, voor de ander efficiënter omgaan met zijn of haar tijd’.
- Praat met andere ondernemers met een soortgelijk proces, machine of bedrijf. Stel vragen over hoe de cv-ketel daar werkt, hoe het vervoer is georganiseerd of hoe zij automatisering of digitalisering hebben aangepakt.
- Goed ondernemerschap op een duurzame manier is voor mij goed zorgen voor de wereld. U moet ook wel winst maken om goed te kunnen ondernemen en om te blijven zorgen voor de wereld om u heen. Zorg dat u geld overhoudt om te kunnen besteden aan ontwikkeling en zet iemand in die altijd bezig is met ontwikkelen en vooruit denken.